Sinds 1935 is slagerij Langendijk gevestigd in Hoorn.
Joris Langendijk is de 6e generatie in het slagersvak en de 3e generatie Langendijk in Hoorn.
Op zaterdag staan de klanten buiten in de rij bij Slagerij Langendijk op het Koepoortsplein. Een succesvolle slager? Nou ja, de winkel is ook niet zo groot, maar Joris en Sandra Langendijk hebben over klandizie inderdaad niet te klagen. Het familiebedrijf bestaat deze week tachtig jaar en het einde is als het aan hen ligt nog niet in zicht.Voor een onsje biefstuk of een paardenworst kon je een jaar of vijftig terug in de Hoornse binnenstad bij zo'n dertig slagers terecht. Nu is dat aantal op één hand te tellen. Jonge mensen zijn niet meer te porren voor het vak, weet Joris, die met zijn vrouw de zaak tien jaar geleden van zijn ouders overnam.
Hij zou een goede ambassadeur zijn om de jeugd enthousiast te maken. Zijn ogen glinsteren als hij vertelt over zijn grote passie. ,,Wij maken negentig procent van onze worst nog zelf", begint hij. ,,Het is veel makkelijker om een groothandel te bellen en de boel te bestellen, maar ik ben geen slager geworden om doorgeefluik te zijn. Het is allemachtig mooi om zelf een koe uit te kiezen, te voelen of ze goed genoeg is en iets te produceren - zonder kunstmatige toevoegingen - wat anderen heel smakelijk vinden. Daar hebben we ook prijzen mee gewonnen."
Het pure vlees is ook gelijk waarmee de slagerij zich probeert te onderscheiden, in een tijd waarin mensen steeds beter willen weten wat er in hun eten zit en grootwinkelbedrijven bijna de hele markt in handen hebben. Dat lukt. Voor het authentieke kinnebakspek komen mensen volgens het echtpaar zelfs uit dorpen verderop. Het assortiment veranderde wel met de jaren. ,,De 'vlugklaarhoek' is uitgebreid. Toen wij begonnen, was het ondenkbaar dat we ooit boerenkoolstamppotten zouden verkopen. Of gebraden kip die je alleen nog in de magnetron moet stoppen. De jonge generatie - die de helft van onze klantenkring vormt - wil meer gemak."
Het aanbod is breder, maar de winkel werd niet groter. Ruimte om uit te breiden is er niet. Al zou het stel dat soms wel willen. ,,Hoewel we nu echt een 'praatjeswinkel' hebben en dat heb je niet met een toonbank van zeventien meter lang. Wij hebben geen nummertjesapparaat en dat heeft ook wel wat", zegt Sandra. De twee zijn blij dat de winkel 'op een eilandje' zit en geen supermarkt in de buurt heeft. Dan hadden ze er niet omheen gekund om ook op zondag open te gaan en dat is juist de enige dag waarop Joris tijd heeft om thuis het vlees te snijden voor zijn vrouw en drie kinderen. ,,Van huis uit wist ik dat een eigen slagerij geen negen-tot-vijf-baan is. Daarom twijfelde ik of ik de zaak wel moest overnemen, maar het zou eeuwig zonde zijn als de winkel verdween. Ik heb ook nooit spijt van de overname. Je redt het niet met veertig uur per week, maar dat hoeft van mij ook niet. Het vak is daar veel te leuk voor. Werk is voor mij inspanning en ontspanning tegelijkertijd."